Wat is de betekenis van meemee (mémé)?

2024-04-28
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

meemee (mémé)

Oma, grootmoeder, inz. in toep. op de moeder van moederskant, die - volgens de traditie - ook meter of doopmoeder is van het oudste kleinkind; ook als aanspreekvorm. - Zie ook meetje en mee (1). Nog een uur en we zijn thuis, zegt Mémé, haar gesus met de dreinende baby onderbrekend. Haar dochter, de jonge weduwe, zit in...