Wat is de betekenis van matroos?

zeeman van de laagste rang. iemand die voor zijn beroep op zee vaart en aan boord algemene werkzaamheden verricht; zeeman van de laagste rang; ook: rang bij de marine, de rang die overeenkomt met de soldaat in het leger. Voorbeelden: Op 6 maart 2001 kwam ik als kapitein aan boord van het vrachtschip "Kielgracht" in Rauma [....

(1958) (scheldw.) dikke, bazige vrouw. • (A.P. de Bont: Dialekt van Kempenland, meer in het bijzonder d'oerse taol. 1958) • Matroos: Dikke vrouw met veel pretentie. De Bont 401. Het pretentievolle kan mogelijk samenhangen met sommige gedragingen van matrozen. Opnieuw stoten we hier op een metafoor. Zie ook matros. BSS 30. Metró&oa...

matroos - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep), (scheepvaart) een zeeman van de laagste rang Woordherkomst Afkomstig van het Nederlandse matte (slaapplaats) en (ge)noot, dus iemand met wie men de slaapplaats deelt.

matroos - zelfstandig naamwoord uitspraak: ma-troos 1. zeeman met lage rang ♢er varen twintig matrozen op dat schip Zelfstandig naamwoord: ma-troos de matroos de matrozen ...

Uit welke taal komt het woord matroos? a Uit het Russisch: madrosj betekent ‘loopjongen’. b Uit het Frans: matelots (‘matrozen’) is ontstaan uit het Middelnederlandse mattenoot (een samenstelling van matte en (ge)noot), dat ‘degene met wie men de slaapplaats deelt’ betekende....

De matroos heeft op onze levensreis de functie van helper die ervoor zorgt, dat er niets misgaat. Degene die ruzie met hem maakt, zou in de waaktoestand een behulpzame vriend of collega kunnen verliezen. (Zie ook ‘Kapitein’, ‘Schip’).

seeman.

s., matroas, sématroas, siler, séman; matrozen, séfolk (it).

...