Wat is de betekenis van mastiek?

2024-04-28
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

mastiek

Het begrip mastiek heeft 4 verschillende betekenissen: 1) hars van de mastiekboom. 2) voegkit; kitlijm. 3) teerproduct voor afdekkingen. teerachtig product, vooral gebruikt voor de waterdichte bedekking van daken en voor de aanleg van wegdekken. 4) stopverf.

2024-04-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

mastiek

(1987) (film, televisie) zie citaat. • Mastiek: Baarden-, snorren- en pruikenlijm. (Ot Louw: Beeldspraak. Termen uit het film- en videovak. 1987)

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

mastiek

mastiek - Zelfstandignaamwoord 1. kostbare harssoort afkomstig van de mastiekboom, o.a. gebruikt voor schilderijvernis 2. kit 3. een bindmiddel in asfaltmengsels, bestaande uit zand, koolteerpek en vulstof dat o.m. werd gebruikt als bedekking voor platte daken 4. stopverf

2024-04-28
Historische collectie Nederland

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

mastiek

Mastiek is een mengsel van zand, vulstof en bitumen.

2024-04-28
Jargon & Slang van Televisiemakers

Marc de Coster (2017)

Mastiek

Mastiek - lijm voor de bevestiging van baarden, snorren en pruiken.

2024-04-28
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

mastiek

stopverf Er werd enkel asbest aangetroffen in de mastiek (dichting tussen glas en raamkozijn, nvdr) rond de ramen. Het asbest komt daarin voor in gebonden vorm, zodat deze met een eenvoudige handeling kan verwijderd worden. (Het Nieuwsblad) Geen Algmeen Nederlands Gangbaarheid: 2 Vlaamsheid: 2

2024-04-28
ABC van de kunst

Douwe Brongers & Désirée Raemaekers (2004)

Mastiek

Harssoort die als vernis wordt gebruikt.

2024-04-28
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

mastiek

(de) stopverf. ‘Ben je misschien historicus?’, vraagt ze. ‘Nee’, zeg ik, ‘gewoon passant, maar ik kauw graag op taaie historie.’ ‘Als op mastiek’, lacht ze. - DM, 27-07-2002.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Mastiek

[Lat. mastix, van Gr. mastichè = hars van de mastikstruik] 1. (ook: mastix) natuurhars; 2. [Fr. mastique, naam afgeleid van vorige, hoewel de stof daarmee niets uitstaande heeft] mengsel van asfaltbitumen, steengruis en vulstof, dat in warme toestand met een troffel uitgestreken kan worden, vnl. gebruikt vo...