Wat is de betekenis van Mariadag?

2025-07-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

Mariadag

m. Mariadagen; R.-K. feest- of herinneringsdag ter ere van Maria, b.v. Maria-Boodschap (25 Maart), Maria-Geboorte (8 Sept.), Maria-ten-Hemelopneming (15 Aug.).

2025-07-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Mariadag

(ma'ri:a) m. (-en) dag ter ere van Maria nl. 1. feestdag ter ere van de H. Maagd Maria. 2. dag met vergaderingen en geestelijke oefeningen ter ere van Maria.

2025-07-16
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-16
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten