Wat is de betekenis van manicure?

2025-07-15
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Manicure

(Fr.), I. m. en v., verzorger (verzorgster) van handen en nagels; II. v., het verzorgen van handen en nagels: manicure en pedicure.

2025-07-15
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

manicure

Het begrip manicure heeft 2 verschillende betekenissen: 1) handverzorging. het behandelen en verzorgen van handen en vooral van de nagels; handverzorging, nagelverzorging. 2) handverzorger. iemand die voor zijn of haar beroep handen en vooral de nagels behandelt en verzorgt, vooral in een schoonheidssalon, in een kapsalon of in een n...

2025-07-15
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

manicure

manicure - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) iemand die handen en nagels verzorgd en cosmetische behandeld Ze liet haar nagels lakken door een manicure. manicure - Zelfstandignaamwoord 1. verzorging en cosmetische behandeling van handen en nagels J...

2025-07-15
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

manicure

manicure - zelfstandig naamwoord uitspraak: ma-ni-cu-re 1. verzorging van handen en nagels ♢de schoonheidsspecialiste gaf haar een manicure Zelfstandig naamwoord: ma-ni-cu-re de manicure

2025-07-15
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Manicure

[Fr., van Lat. manus = hand, en cura = zorg] persoon die handen en nagels verzorgt; gereedschap daartoe; deze verzorging zelf.

2025-07-15
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Manicure

handverzorger; de verzorging van nagels en handen; gereedschap voor het manicuren

2025-07-15
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Manicure

verzorger of verzorgster van handen, vooral der nagels; ook het verzorgen zelf

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-15
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Manicure

manicure.