Wat is de betekenis van Manicheër?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Manicheër

MANICHEËR, m. (-s), aanhanger van de Christensekte des Perzischen leeraars Manes in de 3de eeuw, die twee goddelijke wezens of beginsels, een goed (het licht) en een kwaad (de duisternis) aannam. MANICHEÏSME, o. leer van Manes en zijne aanhangers.

Gerelateerde zoekopdrachten