Wat is de betekenis van Mandiebak?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Mandiebak

m. (-ken), (Ind.) bak in de badkamer.

2025-07-17
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

mandiebak

(19e eeuw) (< Mal.) bad. Vgl. mandiekamer*. Zie ook: mandiën*. • Het laatste plasje in de Kali. De laatste druppel in den mandie-bak. Toilet met aër-blanda. (Het nieuws van den dag voor Nederlandsch-Indië, 19/09/1911) • Jan, die niet naar het zwembad mocht, zei tegen zijn moeder: „Moeder ik heb toch gezwommen!" Moeder...

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Mandiebak

MANDIEBAK, m. (-ken), (Ind.) bak in de bad; kamer; ...KAMER, v. (-s) (Ind.) badkamer, MANDIËN, (Ind.) een stortbad nemen.

Gerelateerde zoekopdrachten