losbol
losbol - Zelfstandignaamwoord 1. een onverantwoordelijk iemand
Muiswerk Educatief (2017)
losbol - zelfstandig naamwoord uitspraak: los-bol 1. iemand die er maar op los leeft ♢ mijn broertje is een echte losbol Zelfstandig naamwoord: los-bol de losbol de losbollen ...
Fa. A.J. Osinga (1952)
s., swierbol, swift, swankebast, loskop, pluch, trochdraeijer, hachje (it) losse bruijer, wylde bruijer, lichte fûgel, rûchhouwer, rûchbûtser, mâlfarker, wyldeman.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: