Wat is de betekenis van Lilliputter?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Lilliputter

m. (-s), bewoner van Lilliput; — klein kereltje, dwergje.

2025-07-16
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

lilliputter

(1813) (< Eng. lilliputian) (epon.) klein, onbeduidend persoon. Eigenlijk: iemand uit Lilliput, het denkbeeldige eiland uit ‘Gulliver’s Travels’ (voor het eerst gepubliceerd in 1726, herzien in 1735) van de Ierse prozaschrijver en dichter Jonathan Swift (1667-1745). De bewoners van Lilliput zijn vijftien centimeter lang. In het...

2025-07-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

lilliputter

lilliputter - Zelfstandignaamwoord 1. dwerg, klein mens (bewoner van het denkbeeldige land in w:Gullivers_reizen|Gulliver's Travels van w:Jonathan Swift|Jonathan Swift) Woordherkomst afgeleid van w:Lilliput|Lilliput met het achtervoegsel -er

2025-07-16
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Lilliputter

klein, onbeduidend persoon. Eigenlijk: iemand uit Lilliput, het denkbeeldige land uit ‘Gulliver’s Travels’ van Jonathan Swift. De bewoners zijn niet groter dan een paar duim.Wij haalden onzen wimpel naar beneden, braken de Olympische Pyramide af en dronken koffie, gezeten rond de gigantische tafel, en zagen er uit als een troepje...

2025-07-16
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Lilliputter

[naar Lilliput, het dwergenland in Gullivers Travels (1726) van J. Swift] dwerg, klein mens.

2025-07-16
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Lilliputter

dwerg; bewoner van Lilliput

2025-07-16
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

lilliputter

dwergie.

2025-07-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

Lilliputter

m. Lilliputters (fig. dwergje).

Wil je toegang tot alle 17 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-16
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Lilliputter

Lilliputter is in Gulliver’s Travels van Jonathan Swift (1726) de bewoner van het gefantaseerde Lilliput; het land, waarvan de inwoners zoo groot als een duim zijn.