Wat is de betekenis van Lieden?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

lieden

lieden - Zelfstandignaamwoord 1. een groep mensen Ik wil met die lieden niets meer te maken hebben.

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

lieden

lieden - zelfstandig naamwoord uitspraak: lie-den 1. personen, mensen (een beetje minachtend) ♢ dat kun je verwachten van zulke lieden Zelfstandig naamwoord: lie-den de lieden

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Lieden

s.pl., lju, folk (it).

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

lieden

m. mv. in de spreekt, meestal lui, Z.-N. lie (personen, mensen, soms met de bijgedachte aan het beneden zich achten): Indische lui zijn soms zonderling; arme lui; land en luiden; waren er veel lui? de oude lui, de ouders; lieden van allerlei afkomst.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

lieden

(‘li:dә) mv. meestal bepaalde personen : twee arme voor een deur, twee sukkelaars. Syn. lui, mensen, personen.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

lieden

m. (mv.), personen, mensen: er waren veel jonge lieden; thans veelal enigszins minachtend: dat heb je te wachten bij zulke lieden.

2024-04-26
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Lieden

LIEDEN, m. mv. personen, menschen: er waren veel lieden op de been; de aanzienlijke lieden of de aanzienlijke lui, de groote. de voorname wereld.