leuteraar
leuteraar - Zelfstandignaamwoord 1. kletser Woordherkomst Naamwoord van handeling van leuteren met het achtervoegsel -aar Verwante begrippen ouwehoedendoos
Wiktionary (2019)
leuteraar - Zelfstandignaamwoord 1. kletser Woordherkomst Naamwoord van handeling van leuteren met het achtervoegsel -aar Verwante begrippen ouwehoedendoos
I.M. Calisch (1864)
Leuteraar, m. (-s), *-STER, v. (-s), talmer, draler, talmster, draalster. *...BOL, m. (-len), zotskap. *...EN, ow. gel. (ik leuterde, heb geleuterd), los zitten, waggelen; het slot leutert; (zeew.) een -d (fladderend) zeil; (fig.) het leutert hem in den bol, of de kei leutert hem, hij is half gek; talmen, haperen, besluiteloos zijn; het werk leut...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: