Wat is de betekenis van Lekkertjes?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

lekkertjes

lekkertjes - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord lekkertje

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

lekkertjes

bw. (aardig; fijntjes; prettig; smakelijk): wij hebben hem lekkertjes gefopt; ze aten alles op, smakelijk; dat zou je lekkertjes willen.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

lekkertjes

bw. aardig, fijntjes, prettig : liggen dromen; dat zou ze maar zelf doen; lui; iemand foppen.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

lekkertjes

bw., op zodanige wijze dat het lekker is, eig. of fig.: met smaak: ze aten alles op; prettig: uitgaan.

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Lekkertjes

LEKKERTJES, bw. lekker ze aten alles lekkertjes op; lekkertjes uitgaan, prettig; dat werk is lekkertjes af, prettig dat het klaar is.

Gerelateerde zoekopdrachten