Wat is de betekenis van leenbrief?

2024-04-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

leenbrief

akte van in leen gegeven onroerend goed. brief, document, akte waarin onroerend goed in leen werd afgestaan, zoals door een leenheer aan een leenman (vazal). Alleen nog in historiserend gebruik. Voorbeelden: Wat opvalt is dat de rivier, met uitzondering ter plaatse van de Dollard, geen vastgestelde territoriale grens kent met...

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Leenbrief

m. (...brieven), brief waarbij een goed in leen gegeven wordt.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

leenbrief

m. leenbrieven (gesch. brief, waarbij een goed in leen is gegeven).

2024-04-29
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Leenbrief

→Leenstelsel.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

leenbrief

('le:n) m. (...brieven) brief, geschrift waarop een goed in leen gegeven wordt.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

leenbrief

m. (-brieven), acte dienende tot bewijs van belening.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Gerelateerde zoekopdrachten