Wat is de betekenis van Lawaaien?

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Lawaaien

(lawaaide, heeft gelawaaid), rumoer, spektakel, kouwe drukte maken.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

lawaaien

(lawaaide, heeft gelawaaid) lawaai maken.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

lawaaien

(lawaaide, heeft gelawaaid), rumoer, spektakel maken; (fig.) kouwe drukte maken.

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Lawaaien

Lawaaien (lawaaide, heeft gelawaaid), (w. g.) rumoer, spektakel maken; veel koude drukte hebben.