Labberdoedas
m. (-sen), (scherts.) oorveeg.
Marc De Coster (2020-2025)
1) (19e eeuw) (inf.) oorveeg. Variant van haberdoedas*. • 'Ik was naar kooi gegaan: en pas had ik naar de gis een uur geslapen, en droomde, dat moeder Pulver, die ik te huis gelaten had in de blije verwachting, met al onze zeven kinderen voor me stond, en dat mijn kleine Maarten, die nu ook al het zeegat uit is, een rateltje in de hand hield e...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Ditte Simons en Hans Heestermans (2014)
(mog. via haberdoedas (< Hd. habe du das, pak aan)), klap, mep: ’t Eerst wat ik ... dee, was Kees ’n labberdoedas om z’n oore geve, omdat ie die beeste treiterde, ABRAMSZ 6.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: