Knijzen
(knijsde, heeft geknijsd), (diev.) 1. kijken ; 2. zien, in de gaten hebben; vatten.
Van Dale Uitgevers (1950)
(knijsde, heeft geknijsd), (diev.) 1. kijken ; 2. zien, in de gaten hebben; vatten.
Professor Henry Roskam (1949)
kennen. Ik knijsde hem noppes, ik kende hem niet. Een broocher, die ik niet knijs.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: