Wat is de betekenis van kleedgeld?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kleedgeld

o., geldbedrag dat men krijgt om zich van te kleden.

2025-07-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kleedgeld

kleedgeld - Zelfstandignaamwoord 1. zakgeld waarvoor men kleren kan kopen Je kunt niet vroeg genoeg beginnen met de financiële opvoeding, daar zijn deskundigen het over eens. Het geven van zakgeld, kleedgeld, een spaarpot en praten over de waarde van geld kan allemaal al vanaf de basisschool - wie ee...

2025-07-16
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

kleedgeld

kleedgeld - zelfstandig naamwoord uitspraak: kleed-geld 1. geld dat je krijgt om je eigen kleding van te kopen ♢ ik krijg 100 euro kleedgeld in de maand Zelfstandig naamwoord: kleed-geld het kleedgeld

2025-07-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

kleedgeld

o. -en (geld[som] aan iem. verstrekt of toegelegd om zich er van te kleden): je moet iets van je kleedgeld missen, Doortje; geld voor kleding of kleedgeld.

2025-07-16
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

kleedgeld

o., geldbedrag dat men krijgt om daar zijn kleren van te kopen.

2025-07-16
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-16
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-16
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-16
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)