Wat is de betekenis van kladboek?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

kladboek

kladboek - Zelfstandignaamwoord 1. een aantekenboek Ik krijg nog geld van je, want je staat nog steeds in mijn kladboek. 2. een werkboek waarin ontwerpen gemaakt worden Hij maakte al jaren tekeningen en ontwerpen in zijn kladboekje. Woordhe...

2024-04-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

kladboek

skryfboek (vir) vlugtige, voorlopige werk.

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kladboek

o. (-en), 1. werkboek, schrijfboek waarin men ontwerpen maakt, inz. van een scholier; 2. (kooph.) ligger of memoriaal; hij staat in mijn kladboek, hij is mij geld schuldig.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

kladboek

o. -en (aantekenboek, notitieboek van inkoop en verkoop, vóór het in het grootboek wordt geboekt); zie memoriaal.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

kladboek

('klad) o. (-en; -je) [→ klad III 2] 1. schrijfboek om er kladden in te maken. 2. aantekenboek op een kantoor : in het staan, geld schuldig zijn.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

kladboek

o. (-en), 1. werkboek, schrijfboek waarin men ontwerpen maakt, m.n. van een scholier; 2. (handel) ligger of memoriaal; hij staat in mijn —, hij is mij geld schuldig.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Kladboek

KLADBOEK, o. (-en), gewoon schrijf- of werkboek van een scholier; (kooph.) ligger of memoriaal op een kantoor; hij staat in mijn kladboek, hij is mij geld schuldig.