Wat is de betekenis van kinderjaren?

kinderjaren - Zelfstandignaamwoord 1. de periode waarin men nog kind is Woordherkomst samenstelling van kind en jaren met het invoegsel -er- Synoniemen kindertijd, jeugd, kindsheid

kinderjaren - zelfstandig naamwoord uitspraak: kin-der-ja-ren 1. vroege leeftijd, eerste jeugd ♢ ik had heel gelukkige kinderjaren 2. de vroegste fase van een ontwikkeling ♢ in de kinderjaren va...

s.pl., bernejierren, bernetiid.

o. mv., levenstijdperk van de kindsheid; ook fig.: de kinderjaren van de meteorologie.

o, mv.: iems. (eerste) kinderjaren, zijn vroegste jeugd; de kinderjaren te boven, ontgroeid; de kinderjaren der vliegkunst, tijdperk der eerste ontwikkeling.

('kindər) mv. kindsheid.

Kindsheid is het tijdperk der onrijpheid, dat van de geboorte tot het intreden der puberteit (12e—15e jaar) duurt en de kindsheid genoemd wordt. Dit tijdperk kenmerkt zich voornamelijk door den voortdurenden groei van het lichaam en het ontwikkelen van zijn vormen; het kan in de volgende tijdvakken verdeeld worden: 1. Het tijdperk van...

o. (mv.), levenstijdperk van de kindertijd; (fig.) de — van de meteorologie.

...