Keutelig
bn. bw. (-er, -st), 1. als een keutel of keutels; 2. beuzelachtig, bek rompen, kleingeestig; 3. (gew.) benauwd.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn. bw. (-er, -st), 1. als een keutel of keutels; 2. beuzelachtig, bek rompen, kleingeestig; 3. (gew.) benauwd.
Jozef Verschueren (1930)
('keutələch) bn. en bw. (-er. -st) 1. als, in de vorm van keutels. 2. benauwd, bekrompen, kleingeestig) ; -e luitjes.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: