Kermisgast
m. en v. (-en), 1. iem. die men ter gelegenheid van de kermis bij zich te gast heeft; 2. kermisganger ; 3. kermisklant.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. en v. (-en), 1. iem. die men ter gelegenheid van de kermis bij zich te gast heeft; 2. kermisganger ; 3. kermisklant.
Wiktionary (2019)
kermisgast - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die een kermis bezoekt ♢ Een vrolijke keuken is een `als keuken ingerichte kermisvermakelijkheid waar men schotels enz. kan stukgooien'. Moderne kermissen hebben zo'n inrichting niet. Voor alle zekerheid ben ik nog even gaan kijken op de Dam waar de totale kermis wo...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Jozef Verschueren (1930)
('kermis) m. (-en) 1. gast die men, ter gelegenheid van kermis, te logeren heeft. 2. kermisbezoeker.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: