Wat is de betekenis van Keeuwen?

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Keeuwen

(keeuwde, heeft gekeeuwd), (gew.) naar adem snakken (van vis op het droge, of in bedorven water); de vis keeuwt, komt naar boven om lucht te krijgen; — (plat) de zieke ligt te keeuwen, ligt te sterven.

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Keeuwen

KEEUWEN, (keeuwde, heeft gekeeuwd), (gew.) naar adem snakken (van visch op het droge, of in bedorven water); de visch keeuwt, komt naar boven om lucht te krijgen; — (plat) de zieke ligt te keeuwen, ligt te sterven.