Wat is de betekenis van kasplant?

2025-07-15
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kasplant

v. (-en), in een kas gekweekte plant; (fig.) verbroeid, vertroeteld wezen dat daardoor weinig levenskracht heeft.

2025-07-15
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

kasplant

kasplant - zelfstandig naamwoord uitspraak: kas-plant 1. plant die in een kas gekweekt wordt ♢ deze komkommerplanten zijn kasplanten 2. iemand die erg vertroeteld is en daardoor weinig levenskracht heeft ...

2025-07-15
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

kasplant

beskermde persoon.

2025-07-15
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2025-07-15
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

kasplant

v. (-en) in een kas gekweekte of gehouden plant: koude, warme -en, die in koude, warme kassen gekweekt worden.

2025-07-15
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

kasplant

v./m. (-en), in een kas gekweekte plant; (fig.) vertroeteld wezen dat daardoor weinig levenskracht heeft.

2025-07-15
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)