Wat is de betekenis van Kaarsschoon?

2024-04-28
Jargon & Slang van Studenten

Marc De Coster (2017)

Kaarsschoon

Kaarsschoon - nuchter.

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Kaarsschoon

bn., (van wijn) volkomen helder, zó dat men tegen kaarslicht geen troebeling ziet.

2024-04-28
Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Kaarsschoon

In de uitdr. ‘niet kaarsschoon zijn’, getikt zijn; ook, en vooral, aangeschoten, dronken zijn; volgens [i]Ndl. Wdb.[/i] VII, 700: eig. zoo helder dat, in een tegen het kaarslicht gehouden glas, de wijn geen de minste troebelheid meer vertoont; zie Harreb. I, 370: Hij is niet geheel kaarsschoon, hij is niet wel bij 't hoofd;...