Wat is de betekenis van jubileum?

2024-04-30
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

jubileum

jubileum - Zelfstandignaamwoord 1. feestelijke herdenking van de dag waarop iets gebeurde of begon Woordherkomst Van Latijn iubilaeus (jubeljaar), verwant met Grieks iobèlos en oorspronkelijk Hebreeuws jobhel (jubileum, ramshoorn, letterlijk: ram). Vergelijk voor de achtergrond hiervan Leviticus 25:9,10.

2024-04-30
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

jubileum

jubileum - zelfstandig naamwoord uitspraak: ju-bi-le-um 1. feestelijke herdenking van de dag waarop iets gebeurde of begon ♢ Michael viert vandaag een jubileum: hij werkt tien jaar bij deze baas 1. een gouden jubileum ...

2024-04-30
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Jubileum

herdenkingsfeest

2024-04-30
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

jubileum

(het, jubilea), (ook:) het bereiken van een leeftijd van een rond aantal jaren. Het is de moeite waard om een verjaarsfeest in Paramaribo mee te maken, vooral wanneer het een jubileum betreft (50 jaar oud b. v.) (Legêne 16). - Etym.: AN j. kan betr. hebben op verscheidene hoedanigheden, i.h.b. een maatschappelijke functie, waarin men een rond...

2024-04-30
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

jubileum

jubelfees, jubeljaar; herinneringsfees.

2024-04-30
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Jubileum

(Lat.) o. (...ea, -s), 1. jubelfeest (inz. kerkelijk), jubeljaar; 2. viering van de dag waarop voor een bepaald, rond getal jaren (10, 12%, 25, 40, 50, 100 enz.) iemand een zekere waardigheid verkregen of een ambt aanvaard heeft, of in het huwelijk getreden is, dan wel iets begonnen of gesticht is: zilveren jubileum, na 25 jaar; gouden j...

2024-04-30
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

jubïleum

jubilé, o. jubelfeest, jubeljaar; eredag.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-30
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

jubileum

(jubi'le:um) o. (-s) 1. Algm. jubelfeest : iemands vieren. 2. Kat. plechtig afgekondigde volle aflaat en andere geestelijke gunsten aan de gelovigen door de paus om de 25 jaar verleend.