Wat is de betekenis van Jubilee?

2024-04-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

jubilee

(1998) (sch.) vrouwelijk geslachtsdeel. Nonsens-woord bedacht door de Nederlandse schrijver Heere Heeresma. • Tante verschoof en de dunne pyjamabroek trok strak. Verdorie. Ze zag nu duidelijk de vorm van tantes jubilee! (Heere Heeresma: Pompen of... Prachtporno uit de Drasdelta. 1998)

2024-04-28
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

jubilee

jubileum Ik ben nu al 70 jaar supporter. Wat denk je, zitten we voor mijn 75ste jubilee weer in eerste? (De Standaard) Geen Algmeen Nederlands Gangbaarheid: 2 Vlaamsheid: 2

2024-04-28
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

jubilee

(het, -s) jubileum

2024-04-28
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Jubilee

jubeljaar (r.k.); jubileum

2024-04-28
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

jubilee

Jubileum. Tot wij op een schonen dag de uitnodiging kregen om het gouden jubilee van vijftig jaar kloosterleven van ons tante Nonneke te komen meevieren, LIA TIMMERMANS 1962, 128.

2024-04-28
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

jubilee

1. jubeljaar, jubelfeest; 2. jubileum; 3. (ge) jubel.

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

jubilee

('le) o. (-s) → jubileum.

2024-04-28
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Jubilee

Jubilee - of imperial, groote diamant in 1895 in Jagersfonteingroeve, Zuid-Afrika, gevonden en aanvankelijk naar den vroegeren president van Oranje-Vrijstaat Reitz-diamant genoemd. Hij is geslepen tot een briljant van 239 karaat en ter eere van het regeeringsjubileum van koningin Victoria (1897) herdoopt. Tot aan het vinden van den Cullinan was hij...

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

jubilee

o. (-s), 1. (r.k.) →jubeljaar; 2. jubileum.