Wat is de betekenis van Inzwachtelen?

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Inzwachtelen

v., ynswachtelje, -swaggelje.

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Inzwachtelen

(zwachtelde in, heeft ingezwachteld), in een zwachtel of zwachtels wikkelen; — (fig.) inwikkelen.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Inzwachtelen

INZWACHTELEN, (zwachtelde in, heeft ingezwachteld), in een zwachtel (langen band) wikkelen; (fig.) inwikkelen. INZWACHTELING, v. (-en), het inzwachtelen.