Wat is de betekenis van Inzetter?

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Inzetter

m. (-s), INZETSTER, v. (-s), die inzet, in een der bet. van dat woord.

2024-04-27
Handelslexicon

J. Hagers (1910)

Inzetter

Inzetter - hij die inzet, die het eerste bod doet op eene verkooping.

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Inzetter

INZETTER, m. (-s), INZETSTER, v. (-s), die inzet.

Gerelateerde zoekopdrachten