Indolentie
[Lat. indolentia = gevoelloosheid] geestelijke traagheid.
Winkler Prins (1949)
(Lat. indolentia), lusteloosheid. Indologie, leer van de taal, lit., filos., relig. en kunst van Indië.
E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)
is handelingstraagheid, die zijn oorsprong vindt in een ongevoeligheid voor prikkels van de buitenwereld, terwijl de innerlijke activiteit tevens beperkt is.
F.W. Grosheide (1926)
van het Latijnsche indolentia, eigenlijk pijnloosheid, vandaar: ongevoeligheid, onverschilligheid, zorgeloosheid, slapheid, traagheid.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: