Wat is de betekenis van imposture?

2025-07-15
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Imposture

bedrog; misleiding; huichelarij; laster.

2025-07-15
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

imposture

(Fr.) v. bedrog, bedriegerij.

2025-07-15
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

imposture

imposture - v., bedrag; misleiding ; huichelarij ; logentaal.

Gerelateerde zoekopdrachten