Wat is de betekenis van Immensus?

2024-04-27
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Immensus

onmetelijk, bovenmatig groot. | subst., immensum, i, n. het onmetelijke, oneindige = bovenmatige grootte, diepte, ontzaglijke afstand, onmetelijke ruimte, Sall., Liv. | adv., immensum, buitengewoon, buitengewoon ver enz., Ov., Tac.

2024-04-27
Latijns-Nederlandsch Lexicon

Stephanus Axters (1937)

IMMENSUS

Onmetelijk, MEYER 374-

Gerelateerde zoekopdrachten