Wat is de betekenis van Ieverans?

2024-04-30
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

ieverans

Ergens. Winter en zomer ..., ’s noenens op uw hurken uw boterhammen met vet en zelden ieverans wat kaas of saucis opeten en voorts uw twaalf tot veertien uren werken, WALSCHAP 1976, 123. Als er geen eten genoeg was voor allemaal, wel, dan trok hij ieverans een raap of een wortel uit het veld, CLAES 1976, 18.

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ieverans

IEVERS, IEWERS, bw., (gew., vooral Zuidn.) ergens.

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Ieverans

IEVERANS, IEVERS, IEWERS, bw. (gew.) ergens.