Wat is de betekenis van huiven?

huiven - Werkwoord 1. (ov) (valkerij) een valk een huif opzetten ♢ Om een valk rustig te houden moet hij gehuifd worden. huiven - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord huif Antoniemen afhuiven

(huifde, heeft gehuifd), 1. een huif opzetten: een valk huiven; 2. (fig.) omhullen : gehuifd in wierookwalm en ambergeur.

huifde, heeft gehuifd; valkenierstaal: de kop dekken met een huif: een valk huiven.

(huifde, heeft gehuifd) 1. dekken met een huif: een valk -. 2. omhullen: de meeuw had alles wit gehuifd.

(huifde, heeft gehuifd), (overg.) 1. een huif opzetten: een valk —; 2. (fig.) omhullen: gehuifd in wierookwalm en ambergeur.

...

HUIVEN, (huifde, heeft gehuifd), eene huif opzetten : een valk huiven; — (fig.) omhullen : gehuifd in wierookwalm en ambergeur.

...

Huiven, bw. gel. (ik huifde, heb gehuifd), dekken (met eene huif). *...VEREN, ow. gel. (ik huiverde, heb gehuiverd), rillen, sidderen (van de koorts); (fig.) ijzen, ik huiver (er van) als ik er aan denk. *...VERIG, bn. koudelijk, ligt rillende; (fig.) afkeerig, aarzelende; ik ben - het te doen. -HEID, v. gmv. rilligheid, siddering (van koude); (fi...