Wat is de betekenis van honnepon?

2024-04-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

honnepon

(19e eeuw, vero.) snoes, schat. • "De honneponnen hadden geen geschikter woord kunnen bedenken," zei John. rechtop in bed zittend en naar zijn sigaretten tastend. (Willy van der Heide: De jacht op het koperen kanon. 1950) • Hij kan met z'n lul achter alle kutten van de hele wereld aan gaan lopen tot hij z'n allerliefs...

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

honnepon

honnepon - Zelfstandignaamwoord 1. koosnaam voor iemand die heel lief en schattig is, vooral gezegd van meisjes en vrouwen Afwezig waren de verfrissende ironie van presentator Martine Bijl en de stuntelende kandidaten die de bakwedstrijd altijd zo prettig menselijk maakten. Er waren slechts Janny en Robèrt...

2024-04-28
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

2024-04-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-28
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)