Hominiden
(L., Homo = mens), aangenomen voorstadium van de mens na de splitsing in aapmens en mensaap. Gekenmerkt door groot hersenvolume, weinig ontwikkelde aangezichtsschedel en gebit met kleine hoektanden.
G. Th. van Kempen (1974)
(L., Homo = mens), aangenomen voorstadium van de mens na de splitsing in aapmens en mensaap. Gekenmerkt door groot hersenvolume, weinig ontwikkelde aangezichtsschedel en gebit met kleine hoektanden.
Oosthoek (1972)
v. (mv.), Hominidae, familie behorend tot de orde primaten, waartoe de mens en de mensachtigen worden gerekend, zowel uitgestorven als recente vormen omvattend. © De kennis van de uitgestorven hominiden is de laatste jaren door vele vondsten sterk uitgebreid. Het toch nog steeds betrekkelijk geringe aantal en het vaak fragmentarische karakter...
E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)
een familie van de orde der Primaten*, waartoe de mens en zijn fossiele verwanten behoren. Door M. Boule zijn de geslachten Pithecanthropus en Sinanthropus als afzonderlijke familie (Praehominiden) van de Hominiden afgescheiden.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: