Wat is de betekenis van Holsblok?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

holsblok

holsblok - Zelfstandignaamwoord 1. uitgehold blok hout 2. klomp Woordherkomst samenstelling van hol en blok met het invoegsel -s-

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Holsblok

o. (-ken), 1. klomp, houten schoeisel; 2. (gew.) log mens.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

holsblok

o. -blokken; klomp; plomp mens.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

holsblok

m. (-ken) 1. Mg. klomp. 2. Metf. lomp mens.

2024-04-26
Keur van Nederlandsche woordafleidingen

J.Pluim (1911)

Holsblok

(klomp), ’t Eerste lid staat voor ’t Saks. holt-sko = houtschoen, zoodat dit op zich zelf reeds klomp bet.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Holsblok

HOLSBLOK, o. (-ken), (gew.) klomp, houten schoeisel; (fig.) log mensch.