Holpijp
v. (-en), 1. (smed.) holle buis; 2. werktuigje om gaten te slaan in leer enz.; 3. (orgelm.) gedekte orgelpijp van wijde omvang en zachte, volle klank; 4. plant met harde, holle stengels, pijphermoes (Equisetmn limosum).
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-en), 1. (smed.) holle buis; 2. werktuigje om gaten te slaan in leer enz.; 3. (orgelm.) gedekte orgelpijp van wijde omvang en zachte, volle klank; 4. plant met harde, holle stengels, pijphermoes (Equisetmn limosum).
Getty Research Institute (1990)
holpijp - Werktuig voor het maken van ronde gaten in o.a. leder. Het is een metalen buis met scherpe randen. De doorsnede varieert van enkele millimeters tot enkele centimeters. Men legt een stuk leder of ander materiaal op een houten, loden of koperen steun om de snede niet te beschadigen. Vervolgens plaatst men de holpijp op de plaats waar men he...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
John Kooy (1933)
1) ijzeren pijp, gewoonlijk met getanden rand, om gaten in metselwerk te slaan; 2) ijzeren buis met scherpen rand om ronde gaten te slaan in leer, bordpapier, blik, enz.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: