highlight
(zelfstandig naamwoord) [alg.] hoogtepunt; topstuk - Hoogtepunten van Luik zijn het hypermoderne treinstation, zondagsmarkt La Batte en de heuvels van de citadel. - Het Lam Gods vormt hét topstuk van de tentoonstelling in het Van Eyckjaar. [schilderkunst] hoogsel - Lichtpuntjes kon Rembrandt meesterlijk weergegeven met witte hoogsels.