Wat is de betekenis van hieltje?

2024-04-28
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Hieltje

Zie Hild

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

hieltje

hieltje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord hiel

2024-04-28
Kuifje in Vlaanderen

Michel Uyen

hieltje

hakballetje (voetbal)

2024-04-28
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Hieltje

De bij het afscheuren van de hielstek medegenomen oudere weefseldelen worden h. genoemd.

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Hieltje

o. (-s), zie aldaar.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

hieltje

o. -s (Z.-N.) (brood)korstje.

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

hieltje

o. (-s), 1. kleine hiel; 2. het van een ham, van een schapebout, het gedeelte bij het hielbeen; hij kluift het — van de ham, (fig.) zijn geld is bijna op.