Wat is de betekenis van Hieling?

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Hieling

v. (-en), hiel: de hieling van een schaats; de hieling van masten en stengen, het onderste gedeelte ; de hieling van een scheepskiel; — schuin afgesneden ondereind : de hieling der spanten van een dak.

2024-04-29
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Hieling

Hieling - het benedengedeelte van een steng. Het daaropvolgend gedeelte heet de h ij s c h, terwijl het bovengedeelte de t o p wordt genoemd (zie fig. volgende bladz.).

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Hieling

HIELING, v. (-en), hiel: de hieling van masten en stengen, het onderste gedeelte; de hieling van de scheepskiel; de hieling van een kabeltouw; de hieling der spanten van een dak; de hieling van eene schaats.

2024-04-29
Zeemans woordenboek

Jacob van Lennep (1865)

Hieling

z.n.v. - De verdubbeling onder aan de steng.