Wat is de betekenis van Herig?

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Herig

bn., heerachtig.

2024-04-30
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

herig

bn., bw.; heerachtig, als een heer.

2024-04-30
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

herig

(‘he:rəch) bn. en bw. heerachtig.

Gerelateerde zoekopdrachten