Wat is de betekenis van Haastelijk?

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Haastelijk

bw., (veroud., bijb.) met haast, snel, dra: zij stonden haastelijk op ; ziet, ik kom haastelijk.

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Haastelijk

HAASTELIJK, bw. (w. g.) haastig zij stonden haastelijk op; ziet, ik kom haastelijk.

Gerelateerde zoekopdrachten