Wat is de betekenis van Haarrook?

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Haarrook

m., veenrook, heidamp.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

haarrook

m. (rook van brandende veengrond); gew.; zie veendamp.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

haarrook

m. [→ haar II] hei-, veenbrand.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

haarrook

m., veenrook, heidamp.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Haarrook

HAARROOK, m. veenrook, heidamp.

Gerelateerde zoekopdrachten