Wat is de betekenis van haar met haar?

2025-07-15
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

haar met haar

(1914) (jagers) zie citaat. • Haar met haar: het jagen en vangen van wild met honden. (Jacobus van Ginneken: Handboek der Nederlandsche taal. Deel II. De sociologische structuur onzer taal II. 1914)