Gretigheid
v., begerigheid, gulzigheid: met de gretigheid van een wild dier viel hij op het eten aan ; — ijverige begeerte: hij nam het voorstel met gretigheid aan.
Van Dale Uitgevers (1950)
v., begerigheid, gulzigheid: met de gretigheid van een wild dier viel hij op het eten aan ; — ijverige begeerte: hij nam het voorstel met gretigheid aan.
Wiktionary (2019)
gretigheid - Zelfstandignaamwoord 1. enthousiasme waarmee iets waarnaar verlangd is, begroet wordt ♢ De hongerige man begon met gretigheid het voedsel op te schrokken. Woordherkomst afgeleid van gretig met het achtervoegsel -heid
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Jan Hoogland, Roel Otten | AUP Amsterdam Univerisity Press
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: