godgevallig
bn. (behaaglijk aan God): het feestlied.
J.H. van Dale (1898)
GODGEVALLIG, bn. welgevallig aan God een godgevallig werk; ...GEVLOEKT, bn. door God gevloekt: godgevloekt gespuis; ...GEWIJD, bn. (dicht.) aan God geheiligd: een godegewijd leven; ...GEZIND, bn. (dicht.) vroom, godsdienstig: de kring der godgezinden.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: