Wat is de betekenis van Gistboer?

2025-07-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

gistboer

m. (-en) kleinhandelaar in gist.

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Gistboer

GISTBOER, m. (-en), kleinhandelaar in gist.

Gerelateerde zoekopdrachten