gewichtigheid
...
Ontdek ons tijdschrift
en lees alles over taal uit Nederland en Vlaanderen*Zolang de voorraad strekt
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v., 1. belangrijkheid, gewicht; 2. de houding van gewichtig te zijn: hij antwoordde met grote —.
J.H. van Dale (1898)
GEWICHTIGHEID, v. het air van gewichtig te zijn: hij antwoordde met groote gewichtigheid; — (scherts.) gewichtig persoon: zijne gewichtigheid blikte zelfvoldaan den kring rond. GEWICHTIGHEIDJE, o. (-s), een parmantig klein kind ’t is zoo’n gewichtigheidje.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: