Wat is de betekenis van gestoelte?

2025-07-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

gestoelte

gestoelte - Zelfstandignaamwoord 1. (formeel) zetel voor hooggeplaatste personen 2. een samenstel van zitplaatsen Woordherkomst afgeleid van stoel met het omvoegsel ge- -te

2025-07-16
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

gestoelte

gestoelte - Vaste zitplaatsen voor geestelijken, met hoge omsluitende ruggen en zijkanten.

2025-07-16
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

gestoelte

sitplek, bank, stoel.

2025-07-16
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Gestoelte

s.n., stuolte (it).

2025-07-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

gestoelte

o. -n (1 samenstel van stoelen of banken, inz. kerkbanken; 2 zetel inz. van aanzienlijken, als ereplaats enz.): 1. het gestoelte der kanunniken; 2. eikenhouten gestoelte; het gestoelte der ere.

2025-07-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

gestoelte

(gə'stoeltə) o. (-n) 1. meestal kunstig bewerkt samenstel van zitplaatsen inz. langs beide kanten van een kerkkoor. 2. Uitbr. zetel als ereplaats: het pauselijk -.

2025-07-16
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

gestoelte

o. (-n, -s), 1. zitplaats voor meer personen, m.n. in een kerk, kerkbank; 2. zetel voor aanzienlijke of achtenswaardige personen, ereplaats: de hoge gasten werden naar het voor hen bestemde geleid.

2025-07-16
Etymologisch Woordenboek

Instituut voor de Nederlandse taal

gestoelte

gestoelte zn. 'samenstel van zitplaatsen; erezetel' categorie: geleed woord Mnl. ghestoelte 'zetel voor belangrijke personen' in dat J. Bulteel beeldesnidere ... heeft anghenomen te sniedene ... in desselfs kerke de clausen, setels, syteberden, ghestoelte ende de stoffereels van twee pilaeren 'dat de beeldsnijder J.B....

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Gestoelte

GESTOELTE, o. (-n), eene zitplaats voor verschillende personen (inz. in eene kerk), zitbank, kerkbank; vooral eene eenigszins kunstig bewerkte bank, als zetel voor aanzienlijke of achtbare personen, ook wel voor één persoon: de hooge gasten werden naar het voor hen bestemde gestoelte geleid; de rijk uitgesneden eikenhouten gestoelten; het Pauselijk...