Wat is de betekenis van geslachtsdeel?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

geslachtsdeel

geslachtsdeel - Zelfstandignaamwoord 1. (anatomie) (seksualiteit) elk lichaamsdeel dat wordt gerekend tot de voortplantingsorganen, zoals bij de man de penis en de teelballen Woordherkomst samenstelling van geslacht en deel met het invoegsel -s- Synoniemen geslachtsorgaan, geslachtsapparaat

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

geslachtsdeel

geslachtsdeel - zelfstandig naamwoord uitspraak: ge-slachts-deel 1. orgaan dat nodig is voor de voortplanting ♢ de penis is een geslachtsdeel Zelfstandig naamwoord: ge-slachts-deel het geslachtsdeel ...

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Geslachtsdeel

s.n.; (van koe), bunt (it) fots, klink, segel (it); (van zeug), bunt (it), fots, klink, segel (it), print; (van schaap), segel (it), print; (van geit), segel (it), print.

2024-03-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

geslachtsdeel

o. (...delen) deel aan het lichaam dat het manlijk of vrouwelijk geslacht kenmerkt.

2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

geslachtsdeel

o. (-delen), lichaamsdeel dat het mannelijk of vrouwelijk geslacht kenmerkt; schaamdeel.

2024-03-29
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)